- De chloor die INEOS Inovyn gebruikt in het productieproces voor PVC, wordt niet één keer maar twee keer gebruikt: door INEOS Inovyn én door BASF.
- Een mooi voorbeeld hoe korte ketens bijdragen aan een duurzame industrie.
Bij INEOS Inovyn in Lillo gaat zout door een membraanelectrolyse. Dat levert naast waterstof en natriumhydroxide ook chloor op. Een pijpleiding brengt chloor naar de andere INEOS Inovyn site in Zandvliet – zowat 4 km verderop. Daar wordt het chloor verdampt tot chloorgas en vervolgens gaat het per pijpleiding naar BASF, op dezelfde site. BASF gebruikt het chloorgas in de productie van MDI, een essentieel ingrediënt voor polyurethaan.
Wat deze samenwerking bijzonder maakt, is dat het chloor niet slechts één keer wordt gebruikt. Na de initiële verwerking bij BASF, wordt 85% van het chloorgas teruggestuurd naar INEOS Inovyn in Zandvliet. Daar dient het vervolgens als grondstof voor de productie van dichloorethaan (DCE), dat op zijn beurt per binnenschip naar INEOS Inovyn in Jemeppe wordt vervoerd voor de productie van PVC.
Door het chloor tweemaal te gebruiken, vermindert de behoefte aan nieuwe grondstoffen en verkleint de ecologische voetafdruk. Een mooi voorbeeld van industriële symbiose, circulariteit én van de korte keten. Het gaat immers om 3 bedrijven die vlakbij elkaar liggen en via pijpleidingen met elkaar verbonden zijn. De clustervorming in de chemie zorgt ervoor dat bedrijven tegelijk elkaars leverancier en afnemer kunnen zijn.
Het transport naar de INEOS Inovyn site in Jemeppe gebeurt vervolgens over het water. Daar wordt PVC geproduceerd, dat je onder meer in raam- en deurprofielen vindt maar ook in windturbinebladen, vinyl platen en medische toepassingen zoals bloedzakken en baxters.